Nieuws Over Informatie Gesproken

Joost Sneller (D66): 'Meer actie nodig op actieve openbaarmaking’

25
September
2025

Vier jaar na invoering van de Wet open overheid (Woo) is de uitvoering nog lang niet op orde. D66-Kamerlid Joost Sneller - samen met Bart Snels (GroenLinks) indiener van Woo - constateert dat vooral de actieve openbaarmaking achterblijft en dat ambtenaren worstelen met verouderde informatiesystemen. "We zijn er nog lang niet.”

Door Martijn Bennis en Guido Enthoven

Wat zijn volgens u de maatschappelijke baten van transparantie?

"Hou je adem eens twee minuten in, dan realiseer je je pas hoe normaal het is om adem te halen. Dat geldt ook voor de democratie, de rechtsstaat en de waarborg voor vrijheden die we hebben. Ik heb anderhalf jaar in Myanmar gewerkt. De overheid daar is niet transparant en die wordt door zijn oncontroleerbaarheid almachtig. Het gevolg daarvan is willekeur voor burgers, willekeur voor bedrijven, corruptie, onvoorspelbaarheid, et cetera. De principiële kant van openheid is dat de overheid van iedereen is, dus ook de data die worden gegenereerd door de overheid zijn in beginsel gewoon van iedereen. De beschikbaarheid van die informatie maakt dat de overheid controleerbaar is. Een andere bate is dat informatie een grondstof kan zijn voor andere maatschappelijke partners, bedrijven en wetenschappers waarmee zij waarde kunnen toevoegen aan de samenleving. Kortom, de maatschappelijke baten van transparantie zijn nogal groot, om het met understatement te zeggen."

Hoe verklaart u de behoefte aan geslotenheid bij sommige regeringspartijen?

"Minister Donner (Binnenlandse Zaken, CDA) vergeleek in 2011 het proces van wetten maken met een worstenfabriek; je wil niet weten hoe de worsten worden gemaakt, we zorgen dat ze er komen. Voor de mensen die dingen voor elkaar willen krijgen, voelt het soms beter om de pottenkijkers buiten te houden. Zo van: het is misschien niet fraai, maar we moeten nu deze crisis wel even oplossen."

Heeft u begrip voor die gedachte?

"Ik begrijp de gedachte best. Alleen mag dat niet de dominante logica zijn, want dat is heel gevaarlijk. Daarom moet je regels maken die daar weerstand aan bieden. Macht en tegenmacht. Regels die zorgen dat macht altijd controleerbaar is, wie er ook aan de macht is. De ene keer is dat iemand die het goed bedoelt maar de volgende keer is het iemand die het niet goed bedoelt. Voor allebei heb je dezelfde regels nodig als waarborg voor het belang van controleerbaarheid."

Moet de overheid zich ook laten controleren tijdens het besluitvormingsproces?

“Als je weet welke alternatieven er zijn overwogen en waarom die zijn afgevallen, dan kunnen mensen van buiten meedenken. Dat is ook een van de gedachten achter het openbaar maken van beslisnota's. Informatie als input voor actief burgerschap leidt tot verbetering van beleid. Daarnaast heb je de preventieve werking van de openbaarheid. Sunlight is the best of all disinfectants.”

Waar zitten de grenzen van de openheid?

"Privacy. Herleidbare gegevens over mensen waar de overheid beschikking over heeft, maar die niet op straat moeten komen omdat dat schade doet aan burgers zoals jij en ik. En wat ik heel belangrijk vind is dat ambtenaren vrijelijk kunnen adviseren, ook tegen de ideeën van de minister in. Dus ik kan heel ver meevoelen in de gedachte dat adviezen van ambtenaren niet tot de persoon herleidbaar moeten zijn."

Wat zijn goede voorbeelden van kwesties die via een Woo-verzoek naar boven zijn gekomen?

"Je kan het niet bewijzen, maar je hoopt natuurlijk dat het bestaan van de Woo misstanden voorkomt. Controleerbare macht wordt minder gecorrumpeerd, dat is het idee. Maar je ziet natuurlijk dagelijks voorbeelden van publicaties met informatie die via de Woo openbaar geworden is. De Woo is vaak een bouwsteen voor journalistieke verhalen."

Hoe beoordeelt u de stand van de uitvoering van de Woo?

"Nou, we zijn er nog lang niet. Sommige delen van de Woo zijn natuurlijk nog steeds niet echt in werking getreden. Ik ben met name teleurgesteld over het tempo dat kabinetten hebben weten te maken om actieve openbaarmaking vorm te geven. Actieve openbaarmaking dringt het aantal informatieverzoeken terug én het is een tastbaar bewijs van een veranderende cultuur binnen de overheid. Daarnaast wordt te vaak ‘het belang van de staat’ (de i-grond) ingerroepen om onwelgevallige informatie niet te verstrekken.”

Waar ligt volgens u het probleem bij de uitvoering?

"Voor individuele ambtenaren die het goed willen doen, is het ook gewoon heel lastig op dit moment. Dat ligt niet per se aan de wet maar aan de stand van de informatiehuishouding. Die is nog steeds niet op orde ondanks de honderden miljoenen die daarvoor ter beschikking zijn gesteld. Ambtenaren moeten met gebrekkige systemen werken waardoor het gaat concurreren met ander werk qua tijdsbeslag."

Is de cultuur rond transparantie sinds 2021 verslechterd of verbeterd?

"Dat vind ik moeilijk om te zeggen, ook omdat het beeld heel verdeeld is. Aan de ene kant zie ik een zorgelijke trend bij politici. Met name populisten zien transparantie als een stok om anderen mee te slaan in plaats van als doorleefde opvatting. Kijk maar naar de veranderende houding van de BBB met minister Wiersma (LVVN) die gewoon tot het einde toe de door de rechter opgelegde openbaarmaking van stikstofdata tegenhoudt. Maar ook de debatten die we met Uitermark hebben gehad over rechtstreeks contact met ambtenaren toonden zoveel kramp. Aan de andere kant is er onder de oppervlakte een transformatie gaande waarbij de kramp afneemt en ontspanning begint te komen. Steeds meer ambtenaren vinden transparantie ook gewoon een onderdeel van hun werk."

Wat kan je doen tegen misbruik van de Woo?

"Er zit een antimisbruikbepaling inde wet. Ik vraag me af of daar voldoende gebruik van gemaakt wordt. Ja, er zijn gefrustreerde mensen die zoeken naar een stok om mee te slaan. Dat is een kleine minderheid, maar die kan leiden tot disproportioneel veel werk, zeker bij kleinere gemeenten met een klein ambtelijk apparaat. Maar de term ‘misbruik’ wordt ook nog wel eens misbruikt als een burger gewoon zijn rechten uitoefent.”

Hoe kijkt u aan tegen de aanbeveling om het aantal Woo-verzoeken voor gewone burgers te beperken tot een maximum per jaar?

"Ik geloof niet zo in quota. Een Woo-verzoek kan een gerichte vraag zijn maar ook een fishing expedition. Die twee zijn onvergelijkbaar. Ik sta open voor een andere formulering van die antimisbruikbepaling, maar alleen als er een goede analyse ligt die aantoont dat de huidige formulering niet werkt."

Wat vindt u van het voorstel om actieve openbaarheid vorm te geven rond grote dossiers?

"Als prioritering lijkt het me logisch, maar het mag ook weer geen argument zijn om die andere dingen niet te doen. Ik denk bovendien dat de verkokering van de Rijksoverheid een praktisch probleem geeft. Het dossier ‘Wolf’ bijvoorbeeld, zit bij het ministerie van LVVN, het zit bij provincies, het zit bij Staatsbosbeheer en het zit vast bij nog meer instanties waaronder ZBO’s. Elk met zijn eigen opvattingen en bevoegdheden. Maar je moet daar wel een start mee maken; het is heel goed om uit te gaan van de informatiebehoeften van de samenleving."

Moet er ruimte zijn voor achterkamertjes?

“Er moet ruimte zijn voor vrije gedachtenvorming en die is er ook. De Woo stelt dat openheid gaat over bestuurlijke aangelegenheden. Als cruciale besluiten via WhatsApp worden genomen, moeten deze navolgbaar zijn om de geest van de wet te handhaven. Partijpolitieke aangelegenheden vallen niet onder de wet. In praktijk zie je overigens allerlei sluipwegen, zoals het hebben van twee telefoons.”

Wat is uw droombeeld voor transparantie?

"Ik zou willen dat we tot een gezamenlijk besef komen van het belang van transparantie. Onlangs hielden we een ‘trialoog’ over de Staat van de Uitvoering, met Kamerleden, beleidsjuristen en uitvoeringsorganisaties. Zoiets zou je misschien ook over de Woo moeten organiseren, ook met verzoekers erbij. ‘The whole system in the room.’ Ik zou willen dat individuele beleidsmedewerkers het gevoel hebben dat openheid voor hen hanteerbaar is en dat verzoekers ervaren dat ze beter bediend worden. Dat we het hele systeem beter kunnen laten werken vanuit de intenties van de wet. En ik zou ook wensen dat we een andere cultuur rondom transparantie krijgen. Dat we bewegen van de huidige cultuur van schande en shaming naar een cultuur van belangstelling, begrip, genade en leren. You may say I'm a dreamer, maar ik denk dat het kan.”

Lees ook onze andere nieuws-items: